AOW-gat/-hiaat: uitkering moet aansluiten op AOW-leeftijd!!!!
Laatste update: 17 maart 2019
Aanmelden voor de nieuwsbrief:
Wilt u op de hoogte blijven van de laatste ontwikkelingen met betrekking tot het AOW-gat dan kunt u zich via onderstaande link aanmelden voor de nieuwsbrief. Klik hier.
Wilt u de laatste nieuwsbrief lezen klik hier
In 2015 is er veel actie gevoerd om de FLO-uitkering en de Bovenwettelijke WW-uitkering aan te laten sluiten op de AOW-leeftijd. Immers de AOW-leeftijd neemt elk jaar toe zodat er een AOW-hiaat van zelfs 2 jaar of meer kan ontstaan indien de UKW-uitkering of de BW-uitkering op de leeftijd van 65 jaar stopt.
Er is veel onbegrip bij de militairen in de starre houding van Defensie. Dit onbegrip heeft mede geresulteerd in een besloten facebook-pagina die aan deze problematiek ook aandacht besteed.
De bijzondere positie van de militair heeft tot gevolg dat militairen wettelijk eerder moeten stoppen. Defensie heeft in de afgelopen jaren zelfs meerdere verzoeken voor nadienen afgewezen. Defensie bleef aanvankelijk vasthouden aan de pensioenleeftijd van 65 jaar en gaf aan dat de ophoging van de AOW-leeftijd en daarmee het AOW-hiaat regeringsbeleid was. Defensie droeg daar geen verantwoordelijkheid voor.
Na druk vanuit de medewerkers (militairen en burgers), de bonden, de politiek en de uitspraken van het College voor de Rechten van de Mens alsmede vernietigende uitspraken van uiteenlopende rechtbanken moest Defensie wel met een voorstel komen.
Per 1 oktober 2015 hebben Defensie en de Centrales van Overheidspersoneel (muv de ACOP) een akkoord getekend waardoor de defensiemedewerk(st)er vanaf de leeftijd van 65 jaar tot en met de AOW-datum een tegemoetkoming ontvangt. Deze tegemoetkoming is een maandelijks bedrag dat gelijk is aan de bruto AOW-uitkering, inclusief vakantiegeld. Deze overeengekomen voorziening kent een terugwerkende kracht tot 1 januari 2013.
In de brief van 14 december 2015 (TK 34300 X nr 71) werd aangegeven dat gedurende die periode (pensioendatum – AOW-datum) nog AOW-premie is verschuldigd, zodat het totaal lager uitvalt dan als de uitkering zou worden doorbetaald tot de AOW-datum. Er is daarom slechts sprake van een gedeeltelijke financiële compensatie.
Het geschil tussen Defensie en de defensiemedewerk(st)er beperkt zich tot de duur van uitkering. Defensie meent dat er geen redenen zijn om de uitkering door te laten lopen tot aan de AOW-datum.
In de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep van 26 april 2017 (burgerpersoneel via het SBK) en 1 juni 2017 (UGM-militairen) is Defensie in het geliojk gesteld.
Onderstaand treft u per onderwerp uitgebreide informatie aan. Soms betreft dat argumenten die door Defensie werden gehanteerd alsmede de reactie (indien van toepassing).
2. Het is wettelijk verankerd in de regelgeving van Defensie
Standpunt Defensie: De uitkering verwijst voor wat betreft pensioengerechtigde leeftijd naar artikel 39 AMAR en artikel 122 van het BARD. De pensioengerechtigde leeftijd zou aldus Defensie binnen de sector Defensie op 65 jaar kunnen worden gesteld omdat die leeftijd is verankerd in de regelgeving.
3. Het ABP is verantwoordelijk voor de pensioenen
Standpunt Defensie: In het ABP pensioenreglement staat de leeftijd van 65 jaar.
4. Zelf inkomsten genereren
Standpunt Defensie: De militair of burger werkzaam bij Defensie kan werk zoeken om de inkomstenterugval op te vangen.
5. Defensie is een eigen sector met een eigen regelgeving
Standpunt Defensie: Ambtenaren van Defensie (militairen én burgers) behoren tot de sector Defensie en vallen onder het AMAR en het BARD. Dat het ARAR is aangepast staat los van hetgeen in het AMAR en het BARD is bepaald. Er is immers sprake van een sectormodel waarin elke afzonderlijke overheidssector afspraken maakt over het arbeidsvoorwaardenpakket.
6. Er zijn compenserende maatregelen
Standpunt Defensie: Per 1 oktober 2015 hebben Defensie en de Centrales van Overheidspersoneel (muv de ACOP) een akkoord getekend waardoor de defensiemedewerk(st)er vanaf de leeftijd van 65 jaar tot en met de AOW-datum een tegemoetkoming ontvangt.
Voor de tekst van de regeling klik hier
7. Er is sprake van een inkomstenterugval
In de Uitkeringswet Gewezen Militairen staat:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het voor militairen verleggen van de pensioengerechtigde leeftijd naar het tijdstip waarop de leeftijd van 65 jaar is bereikt het noodzakelijk maakt een financiële voorziening te treffen voor de periode liggende tussen het ontslag en het bereiken van vorengenoemde leeftijd;
8. Verboden onderscheid naar leeftijd
Defensie stopt bij alle drie doelgroepen de betaling bij de leeftijd van 65 jaar terwijl de AOW-leeftijd stapsgewijs hoger is geworden. Om die reden moet er een aansluiting plaatsvinden met de AOW-leeftijd.
9. Het AOW-gat: Defensie en de bonden
Standpunt Defensie: In reactie op het oordeel van het College voor de Rechten van de Mens heeft Defensie aldus de brief aan de Kamer het College kenbaar gemaakt dat aanpassing van de rechtspositie alleen mogelijk is na het bereiken van overeenstemming in het sectoroverleg Defensie, en dat Defensie tot die tijd gehouden is de bestaande rechtspositie te volgen (Brief aan de Kamer dd 29 juni 2015)
10. De uitspraak van CRvB en de rechtbank Den Haag
In de personeelsrapportage die bij Prinsjesdag aan de Kamer is gestuurd houdt Jeanine Hennis-Plasschaert als minister van Defensie, zich op de vlakte door oud nieuws aan te dragen:
De Centrale Raad van Beroep heeft op 18 juli jl. geoordeeld dat het beëindigen van wachtgelduitkeringen van voormalige burgermedewerkers bij het bereiken van de leeftijd van 65 een verboden onderscheid naar leeftijd oplevert.
De voorziening die met de vakcentrales is afgesproken zou ontoereikend zijn.
11. Dichten van het AOW-hiaat is arbeidsvoorwaardengeld
Standpunt Defensie: Het dichten van het AOW-hiaat is arbeidsvoorwaardengeld en indien het geld enkel en alleen gebruikt wordt om het AOW-hiaat op te lossen dan blijft er geen geld over voor andere arbeidsvoorwaarden waar andere veelal jongere militairen en burgers voordeel bij kunnen hebben.
In een latere fase heeft Defensie nog extra gelden gevonden. In de brief aan de Tweede Kamer verwoordt de minister het als volgt: (klik hier voor de volledige brief)
De totale kosten van de genomen maatregelen bedragen (cumulatief tot 2035) ongeveer 750 miljoen euro. Van dit bedrag wordt 152 miljoen euro bekostigd uit de middelen die voortvloeien uit het amendement-Harbers/Nijboer (Kamerstuk 34 550 X, nr. 27). De overige kosten worden gedekt binnen de begroting van Defensie.
De Centrale Raad van Beroep heeft in de uitspraken van 26 april 2017 en 1 juni 2017 met dit standpunt ingestemd.
Reactie: Het kan niet zo zijn dat een verboden onderscheid op grond van leeftijd in stand wordt gehouden omdat het geld maar één keer kan worden uitgegeven. Met de ophoging van de AOW-leeftijd heeft de Regering ook moeten voorzien welke financiële consequenties (zowel inkomsten als ook uitgaven) deze maatregel zal hebben. Indien bij de andere sectoren de aanpassing wel heeft plaatsgevonden dan kan Defensie niet droog houden dat dit niet voor de sector Defensie kan.
Defensie heeft bewust de consequenties van het AOW-gat binnen de begroting van Defensie gehouden omdat daarmee een belangrijk argument (‘het is arbeidsvoorwaardengeld’) in de rechtszaal kon worden gehanteerd.
12. AOW-gat en de Tweede Kamer
De Minister van Defensie heeft geantwoord op de kamervragen die over het AOW-gat gaan. Klik hier voor de antwoorden
Op 7 juni 2016 was de Vaste Kamercommissie van de Tweede Kamer van plan om in debat te gaan met de minister van Defensie en de staatssecretaris van Financiën. In de procedurevergadering van 2 juni 2016 is besloten om eerst eerst de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep af te wachten.
13. Uitspraken van rechtbanken (bron: www.rechtspraak.nl)
Op 18 juli 2016 heeft de Centrale Raad van Beroep uitspraak in de zaak van ex-defensiemedewerk(st)ers die hun wachtgeld willen laten doorlopen tot aan hun AOW-leeftijd.
Bekijk onze nieuwsbrief daarover (klik hier)
Voor een nadere toelichting op de invloed van deze uitspraak op bestaande en lopende rechtszaken wordt verwezen naar onze nieuwsbrief daarover (klik hier)
Op 25 augustus is er bij de Rechtbank Den Haag een proefproces gehouden. Het betreft de zaak van meerdere militairen die van Defensie te horen hebben gekregen dat hun UKW-uitkering bij 65 jaar stopt. Deze militairen willen evenwel dat hun uitkering tot aan de AOW-leeftijd doorloopt. Op 6 oktober 2016 heeft de rechtbank uitspraak gedaan. Klik hier
Op 26 april 2017 (klik hier) heeft de Centrale Raad van Beroep Defensie in het gelijk gesteld en gemeend dat Defensie met de aanvullende maatregelen geen verboden onderscheid naar leeftijd maakt. Bij de uitspraak van 1 juji 2017 (klik hier) werd eenzelfde lijn gevolgd ten aanzien van de militairen die met UGM zijn gegaan.
Voor meer uitspraken klik hier
Oordelen van het College voor de Rechten van de Mens
2014 09 01 Oordeelnummer 2014-105 College voor de Rechten van de Mens
2014 12 11 Oordeelnummer 2014-156 College voor de Rechten van de Mens
2015 05 18 Oordeelnummer 2015-54 College voor de Rechten van de Mens
Kamerbrieven in 2015
2015 06 29 Kamerbrief 34000-X-105
2015 07 10 Kamerbrief 34000-X-107
2015 10 22 Kamerbrief 34300-X-16
2015 12 14 Kamerbrief 34300-X-71
Kamerbrieven in 2016
2016 03 16 Kamervragen en antwoorden over het AOW-gat die Defensie naar de Kamer heeft gestuurd.
2016 07 27 Reactie minister van Defensie op de uitspraak Centrale Raad van Beroep
2016 10 21 Vervolgbrief over voorziening AOW-gat
2016 11 15 Standpunt Defensie ten aanzien van de rechtszaken
2016 12 06 Aanpassing voorziening AOW-gat
Kamerbrieven in 2017
2017 01 20 Aanvullende maatregel tegemoetkoming AOW-gat