De rechtspositie van de tijdens de opleiding ontheven militair staat in schril contrast met andere groepen van militairen die ook gedwongen ‘afscheid’ moeten nemen. In een brief aan de bonden heeft Skip Springer Advies om meer aandacht gevraagd voor de rechtspositie van de militair, als deze militair wordt ontheven van de opleiding.
Vanzelfsprekend zijn er gradaties waarom iemand ontheven wordt van de initiële opleiding. Toch leert de praktijk dat iemand die meer dan zijn uiterste best heeft gedaan om de opleiding te voltooien maar faalt binnen 8 tot 4 weken op straat staat. Voorbeeld: een militair die op 25 augustus 2015 te horen krijgt dat hij wordt ontheven van de initiële opleiding wordt per 1 oktober 2015 ontslagen ongeacht het aantal maanden dat de militair in opleiding is.
Onlangs heb ik een militair juridisch ondersteund die na 3 jaar opleiding ontheven was van de NLDA. Uit coulance werd aan hem twee extra maanden gegeven om werk binnen Defensie te zoeken. De begeleiding van Defensie in die zoektocht was zwaar onvoldoende. Twee andere militairen in opleiding hadden minder geluk. Zij hadden na drie jaar trouwe dienst nog geen 6 weken de tijd om afscheid te nemen van de krijgsmacht en hun ‘mind’ op te maken voor de toekomst inclusief alle regelingen rondom ‘sollicitatie/aanmelding andere studie en ziektekostenverzekering’. Een kille ontslagbrief was het ‘dank-je-wel’ van Defensie.
Naar onze mening is het een gotspe dat een groep die op grond van onvoldoende studie- of opleidingsresultaten zomaar binnen één maand over het hek van het kazerneterrein wordt ‘gegooid’. Dit is temeer pijnlijk naarmate de militair langer in opleiding is geweest.
Naar onze mening zou afhankelijk van de duur dat de militair de opleiding heeft genoten een zwaardere plicht op Defensie als werkgever moeten rusten om deze militair actief te begeleiden als hij wordt ontheven van de opleiding. Uiteindelijk heeft de militair moeite, inzet, tijd en energie in de organisatie gestoken zodat ook van de zijde van Defensie een attitude zou mogen worden verwacht om deze militair netjes binnen of buiten Defensie te laten ‘landen’.
In een brief aan de bonden hebben wij gevraagd om in overleg met Defensie een beter zorg- en begeleidingsplan voor deze militairen te ontwikkelen.