Pensioendemonstratie

Morgen 18 maart 2019 vindt er een pensioendemontratie op het Malieveld plaats. De vakbonden FNV, CNV en VCP willen op die manier hun eisen voor een beter pensioen kracht bijzetten.  De eisen zijn:

  • Koopkrachtbehoud pensioenen
  • Bevriezen AOW-gerechtigde leeftijd op 66 jaar
  • Stoppen fiscale boete (RVU) op de UKW-uitkering

Ook de militaire bonden (m.u.v. de ACOM) nemen aan deze pensioendemonstratie deel.

Het programma is als volgt

  • 11.00 – 12.00 uur Ontvangst op Malieveld bij defensiestand
  • 12.00 – 14.15 uur Podium programma en programma Pensioencursussen
  • 14.15 – 15.00 uur Opstellen defilé
  • 15.00 – 16.30 uur Defilé (mars door centrum Den Haag)
  • 16.30 uur Terugkomst Malieveld
  • 16.30 uur Ophalen lunchpakket bij defensiestand
  • 17.00 uur Einde manifestatie vertrek naar Centraal Station 

Jarenlang pensioen

De Nederlandse pensioenfondsen beheren een gezamenlijk vermogen van zo’n 1400 miljard euro. Daarvan is gemiddeld een kwart belegd met een rendement van soms maar 0,25 procent.

Deze beleggingen zijn op basis van afspraken in het zogenaamd Financieel Toetsings Kader (FTK) verplicht opgelegd aan de pensioenfondsen. De overheid wil de pensioenen als het ware veiligstellen maar dat heeft als keerzijde dat pensioenfondsen dan ook niet echt kunnen groeien omdat ze door die voorzichtigheid weinig rendement kunnen genereren. De financiële crisis en de zeer lage rentestand zorgen ervoor dat pensioen te weinig groeien om hun pensioen te indexeren. Toch menen pensioenspecialisten dat er nog voldoende goede alternatieven zijn om met weinig risico toch nog een goed rendement neer te zetten.

Een twintigjarige Nederlander die nu voor zijn pensioen spaart ontvangt mogelijk pas over 60 jaar zijn pensioen en houdt dat pensioen mogelijk tot hij 100 jaar is. Pensioenfondsen moeten daarmee op de lange termijn hun tegoeden veilig stellen.  Die onzekerheid voor de heel verre toekomst maakt dat pensioenfondsen nu op hun financiële tegoeden blijven zitten en zeer terughoudend zijn om de pensioen te indexeren. Sommige pensioenfondsen geven zelfs aan dat er mogelijk gekort moet worden.

Het idee dat er gekort kon worden op pensioenen is voor de meesten gewoonweg ondenkbaar en voor sommigen zelfs onaanvaardbaar. Pensioen voelt als salaris en dat kan alleen maar gelijk blijven of stijgen. Toch zijn het de regels die pensioenfondsen kunnen dwingen om te korten.

Hoe zijn de regels? 

Pensioenfondsen zijn verplicht om reserves op te bouwen voor de zogenaamde magere jaren. Zijn er te weinig reserves dan hebben pensioenfondsen tien jaar de tijd om die reserves alsnog op te bouwen.

Indien een pensioenfonds een bedrag van € 1,28 voor elke euro pensioen heeft dan krijgt zo’n pensioenfonds de kwalificatie ‘gezond’. Daarmee heeft het pensioenfonds dus €0,28 extra om daarmee ook in de magere jaren de pensioenen te garanderen. Is een pensioenfonds onder de vereiste dekkingsgraad dan is het pensioenfonds wettelijk verplicht om een herstelplan op te stellen zodat de vereiste dekkingsgraad binnen 10 jaar alsnog wordt gehaald.

Stel dat een pensioenfonds voor elke euro pensioen slechts € 1,04 of nog minder heeft staan en dat gedurende vijf jaar op een rij dan wordt het pensioenfonds gedwongen om de pensioenen onmiddellijk te verlagen.
Een eventuele verlaging mag over maximaal 10 jaar gespreid worden, zodat het pensioen niet plotseling fors lager wordt.

Ter informatie het Algemeen Burgerlijk Pensioenfonds staat momenteel over de afgelopen 12 maanden op een dekkingsgraad van gemiddeld 102,7%.  In september 2018 was de dekkkingsgraad met 105,9% het hoogst en in december 2018 het laagst met 97,0%. In hoeverre het ABP gedwongen wordt om te korten op de pensioen hangt sterk af van de financiële ontwikkelingen tot het eind van dit jaar.

De heer Peter Borgdorff, Directeur van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn, pleit ervoor dat de pensioenregels worden aangepast. Hij stelt voor om de grens niet bij € 1,28 te leggen doch bij € 1,10. Daarmee kan een pensioenfonds de pensioenen eerder verhogen als de prijzen stijgen. Keerzijde is dat de pensioenen ook kunnen dalen als het minder gaat met de economie.  Borgdorff meent voorts dat het tijd wordt te erkennen dat een gegarandeerd pensioen onbetaalbaar is: een iets minder zeker pensioen, is een beter pensioen.

De rendementen bepalen in die gedachtegang de hoogte van het pensioen: gaat het goed met het rendementen dan gaan de pensioenen sneller omhoog. Gaat het slecht met het rendement dan wordt er sneller gekort.

PGGM, één van de grotere pensioenfondsen, heeft al aangegeven dat als we blijven vasthouden aan het huidige systeem dat dit onherroepelijk zal leiden tot kortingen op de pensioenen.

Dat betekent ook dat er iets moet veranderen aan de mindset bij de Nederlandse bevolking.

Aanpassing pensioenakkoord

Aanpassingen van de pensioenregels moet in een nieuw Pensioenakkoord plaatsvinden. Eind vorig jaar is dat overleg stuk gelopen. De betrokken partijen hadden toen geen overeenstemming over de richting van die pensioenregels. De ideeën tussen werkgevers, werknemers en de overheid liggen nog steeds veel te ver uit elkaar. 

Minister Koolmees van Sociale Zaken en Werkgelegenheid kon niet langer wachten. In de brief van 1 februari jl. aan de Tweede Kamer staan tien punten om het stelsel robuuster en persoonlijker te maken. Eén van die punten is afschaffing van de doorsneesystematiek. Nu betalen jongeren mee aan het pensioen van de ouderen. Minister Koolmees werkt aldus de brief aan nieuwe regelgeving met een evenwichtige overgangsregeling,

Ook wil het Kabinet opnieuw kijken naar de ophoging van de AOW-leeftijd waarbij wordt bezien of de koppeling tussen levensverwachting en AOW-leeftijd met de huidige methodiek gehandhaafd moet blijven.

Tenslotte wil het Kabinet bezien of in de toekomst aan deelnemers meer keuzemogelijkheden kunnen worden geboden bijvoorbeeld
– door te kiezen voor een groener pensioen
– door maximaal 10 procent van het pensioen ineens op te nemen om de hypotheek af te lossen .

Wilt u de gehele brief lezen klik hier