AOW op de agenda
De AOW-leeftijd staat de laatste tijd weer uitgebreid op de agenda.
FNV wil geen pensioenakkoord als de AOW-leeftijd blijft stijgen
Zoals al eerder aangegeven moeten de sociale partners (werkgevers en werknemers) dit jaar tot een pensioenakkoord komen. Het pensioenstelsel is verouderd en heeft een nieuw jasje nodig. Eind augustus heeft de vakbond FNV aangegeven dat er geen handtekening van de FNV onder het pensioenakkoord komt te staan als de Regering niet de AOW-leeftijd gaat bevriezen bij de leeftijd van 66 jaar.
Regering houdt vast aan ophoging AOW-leeftijd
In de brief aan de Tweede Kamer (klik hier) geeft minister Koolmees op 16 augustus 2018 een reactie op een artikel in het Financieel Dagblad. In dat artikel wordt aangegeven dat de AOW-leeftijd niet zo snel omhoog hoeft te gaan. Actuarissen hadden berekend dat de AOW-leeftijd vijf jaar later kan stijgen naar 67 jaar. Minister Koolmees schrijft daarover het volgende:
In het FD-artikel wordt aangegeven dat het CBS het nog te vroeg vindt om te spreken van een trendbreuk in de stijgende lijn voor de levensverwachting, hoewel ook in het buitenland de levens-verwachting minder snel stijgt. Volgens het artikel ziet het CBS dit voorlopig als een tijdelijke stagnatie en gaat het ervan uit dat de levens-verwachting op termijn blijft stijgen. Het tempo van de stijging is echter onzeker. We blijven dus gemiddeld genomen ouder worden, maar de resterende levensverwachting stijgt minder snel dan eerder door het CBS (bij de Kernprognose 2016) is geraamd.
AOW minder snel omhoog
De rekenmeesters van de KMPG hebben berekend dat de levensverwachting minder hard stijgt dan we dachten. De strenge winter, de griepgolf en de hete zomer van dit jaar hebben voor een hoger dan verwacht sterftecijfer gezorgd. Geluk bij een ongeluk: daardoor hoeft de AOW-leeftijd in 2024 mogelijk ook niet omhoog.
De overheid bepaalt eind dit jaar wat er gebeurt met de AOW-leeftijd van mensen die in 2024 hun 65e verjaardag vieren. KPMG heeft de rekensom alvast gemaakt en stelt dat die mensen door de lagere levensverwachting ook met 67 jaar en drie maanden AOW moeten kunnen krijgen (en een eerder verwachte verhoging van drie maanden niet nodig is).
De hogere sterfte pakt ook voor pensioenfondsen goed uit. Omdat mensen minder lang leven dan eerder gedacht, hoeven zij minder voorzieningen, toekomstige pensioenuitkeringen, aan te houden. Dat betekent niet dat pensioenfondsen meteen uit de problemen zijn, maar het kan wel een belangrijk zetje zijn om kortingen te voorkomen.