AOW-gat: Er zijn compenserende maatregelen
6. Er zijn compenserende maatregelen
Standpunt Defensie: Per 1 oktober 2015 hebben Defensie en de Centrales van Overheidspersoneel (muv de ACOP) een akkoord getekend waardoor de defensiemedewerk(st)er vanaf de leeftijd van 65 jaar tot en met de AOW-datum een tegemoetkoming ontvangt.
Voor de tekst van de regeling klik hier
Deze tegemoetkoming is een maandelijks bedrag dat gelijk is aan de bruto AOW-uitkering, inclusief vakantiegeld. Deze met de centrales van overheidspersoneel overeengekomen voorziening kent een terugwerkende kracht tot 1 januari 2013. Kortom aldus Defensie is er afdoende gedaan om de inkomstenterugval tegen te gaan.
Reactie: In de meeste gevallen biedt de regeling geen volledige reparatie bieden voor de geleden of nog te lijden schade als gevolg van het AOW-hiaat. De bedragen die op grond van deze ministeriële regeling worden uitgekeerd betreffen bruto bedragen. Militairen en burgers houden van de tegemoetkoming op grond van deze ministeriële regeling minder over dan voorheen van de AOW werd overgehouden, omdat over het bedrag ook AOW-premie wordt ingehouden. Getuige de brief van Defensie van 14 december 2015 aan de Kamer is het ministerie van Financiën niet van plan om voor defensiepersoneel een uitzondering te maken. (TK 34300 X nr 71).
De rechtbank van Gelderland komt in de uitspraak van 27 oktober 2015 tot de conclusie dat de voorlopige voorziening tegemoetkoming inkomensderving als gevolg van ophoging van de AOW-leeftijd de inkomstenterugval niet geheel opheft.
Ook de Rechtbank Zeeland-West-Brabant komt in zijn uitspraak van 15 december 2015 tot een vernietigend oordeel over de tegemoetkoming: De Voorlopige voorziening tegemoetkoming inkomensderving als gevolg van ophoging AOW-leeftijd leidt niet tot een ander oordeel. Deze regeling heft weliswaar gedeeltelijk het AOW-gat op, maar het naar voren halen door eiser van zijn pensioen leidt nog steeds tot een inkomstenterugval. De geconstateerde leeftijdsdiscriminatie wordt door de regeling dus niet opgeheven.
De Centrale Raad van Beroep geeft in één van haar uitspraken van 18 juli 2016 aan:
“Door met de vakbonden een afspraak te maken over de tegemoetkoming heeft de minister erkend dat de beëindiging van het wachtgeld bij het bereiken van de 65-jarige leeftijd in ieder geval geen stand kan houden zonder enige vervangende voorziening. Terecht heeft de rechtbank dan ook de bestreden besluiten vernietigd.”
Medio oktober 2016 heeft Defensie een nieuw besluit genomen en dat gestuurd naar de 20 oud-defensiemedewerk(st)ers die in beroep waren gegaan.
Het besluit van Defensie heeft twee elementen:
- De AOW-compensatie wordt zodanig verhoogd dat netto een uitkering op de bankrekening wordt gestort die even hoog is als de netto AOW-uitkering.
- Defensie gaat een (bruto) compensatie geven om een pensioeneffect op te vangen.
Voor meer informatie over het besluit van de minister en de pensioeneffecten bezoek de VBM-website (klik hier)
De gemiddelde inkomstenterugval van zo’n 300 euro netto per maand is voor deze groep van de baan, maar er blijft toch nog sprake van een inkomstenterugval. Zolang zij immers geen AOW genieten betalen zij 17,9% AOW-premie. Als de groep van 20 geen beroep instellen tegen dit besluit kan dit besluit wel het vertrekpunt zijn voor het overleg met de bonden om een algemene maatregel ervan te maken.
Wat dat in harde netto euro’s betekent is alleen individueel afhankelijk. De rekenmeesters zullen in de komende periode doorrekenen wat dit voorstel voor financiële consequenties zal hebben voor specifieke groepen van defensiemedewerk(st)er, de zg ‘maatmensen’.
De hoogte van de inkomstenterugval in het nieuwe voorstel was ook bepalend bij de juridische procedures. Immers rechters hebben Defensie altijd in het ongelijk gesteld omdat er aldus vele rechters sprake was van een “excessieve inbreuk op de gerechtvaardigde aanspraken van eiser”..
Nadat Defensie het voorstel had gedaan is de regeling verder verscherpt.
In diverse kamerbrieven (t.w. 20 januari 2017, 1 februari 2017 en 20 februari 2017 ) zorgt Defensie uiteindelijk voor drie componenten t.w.
- Een bruto tegemoetkoming die een netto uitkering oplevert die even hoog is als de netto AOW-uitkering inclusief vakantiegeld;
- Voor burgermedewerkers een financiële compensatie voor het eventueel eerder, bij 65 jaar, laten ingaan van het ABP-ouderdomspensioen (ongeacht of het pensioen daadwerkelijk eerder ingaat);
- Het kan zijn dat het totaalbedrag van de 2 voorgaande componenten, vermeerderd met het ABP-pensioen dat bij 65 ingaat, netto minder is dan 90% van de gerechtvaardigde aanspraak. In dat geval volgt een aanvullende compensatie tot 90% van de gerechtvaardigde aanspraak. De gerechtvaardigde aanspraak is het bedrag van de gecombineerde netto pensioen- en AOW-uitkeringen die bij 65 jaar zouden zijn uitgekeerd als de AOW-leeftijd (voor burgermedewerkers en militairen) en pensioenleeftijd (voor burgermedewerkers) nog steeds 65 jaar was geweest.
Defensie geeft op de eigen website een nadere toelichting (klik hier) .
De gerechtvaardigde aanspraak is het bedrag van de gecombineerde netto pensioen- en AOW-uitkeringen die bij 65 jaar zouden zijn uitgekeerd als de AOW-leeftijd en pensioenleeftijd nog steeds 65 jaar zouden zijn geweest.